Onder de douche

Wassen in de douche, hoe doe ik het juist?

Douchen is de meest voorkomende methode voor het wassen van zorgvragers, terwijl de omstandigheden vaak ongunstig zijn. Controleer of douchen een methode is waarbij volgens de Praktijkrichtlijnen Fysieke Belasting gewerkt kan worden. zie hier: (https://www.arbocatalogusvvt.nl/thema/fysieke-belasting-clientgebonden/)

Voorbereiden

  • Er moet op de juiste hoogte gewerkt kunnen worden.
  • Er moet voldoende ruimte zijn om de zorgvrager aan de gewenste zijde(n) te kunnen verzorgen.
  • Er moet voldoende ruimte zijn om met de benodigde hulpmiddelen te manoeuvreren en om benodigdheden op de juiste hoogte en onder handbereik klaar te leggen.
  • Voer zo nodig bepaalde handelingen uit op een andere plaats waar wel aan de praktijkregels voldaan kan worden. Zeep de zorgvrager bijvoorbeeld buiten de douche in, of doe de onderwassing op bed.
  • Houd zo veel mogelijk rekening met de wensen van de zorgvrager.
  • Zorg voor een veilige situatie: vloeren, douchevloer, in- en uitstappen.
  • Stel de thermostaatkraan in op de gewenste temperatuur.
  • Draag persoonlijke beschermingsmiddelen die een gunstige werkhouding bevorderen: overschoenen en schort.
  • Zorg dat alle benodigdheden op de juiste plaatsen klaar liggen (bijvoorbeeld de handdouche van de haak) en dat doorgangen vrij zijn.

Uitvoeren

  • Vraag aan de zorgvrager hoe hij een bijdrage kan leveren. Pas omstandigheden en hulpmiddelen hierop aan. Laat de zorgvrager bijvoorbeeld zelf het gezicht en de voorkant wassen en zichzelf afspoelen.
  • Werk in een rustig tempo zodat de zorgvrager de kans heeft mee te werken.
  • Vraag de zorgvrager zich tijdens het wassen in de juiste positie op te stellen (bijvoorbeeld benen op hoogte brengen, stoel draaien) en mee te bewegen (bijvoorbeeld door het hoofd naar u toedraaien).
  • Stel de hoog-laag douchestoel in op de benodigde hoogte.
  • Pas de hoogte steeds aan de handeling die verricht moet worden.
  • Doe geen twee dingen tegelijkertijd, zoals de zorgvrager ondersteunen en kleding uittrekken of wassen.
  • Ga zitten bij het wassen en afdrogen van de onderbenen en de voeten.
  • Houd de zorgvrager zo veel mogelijk toegedekt (handdoek, badjas) zodat hij niet afkoelt in een ruimte met een werkbare temperatuur of waar geventileerd wordt.
  • Werk vanuit een stabiele stand.
  • Werk recht voor (de handen voor het lichaam) en dicht bij het lichaam (de ellebogen bij de romp).

Afronden

  • Controleer of de zorgvrager in een comfortabele situatie achterblijft.
  • Evalueer de handeling: als de situatie zodanig verandert dat de praktijkregels overschreden (dreigen te) worden kies dan opnieuw voor de meest geschikte methode en hulpmiddelen, bekijk de nodige aanpassingen in de werkomgeving, aan kleding en/of van incontinentiemateriaal.
  • Beoordeel eventuele transfers met een daarvoor bestemd instrument. Rapporteer aan de eerstverantwoordelijke zorgverlener.

Foto’s onder de douche